Een hardnekkige schouderblessure heeft me heel lang uit de running gehouden. Het was praktisch niet meer mogelijk om op een normale manier te gaan vissen. Ik denk dat ik er bijna een jaar mee heb liggen klooien, maar gelukkig gaat het weer een stuk beter.
Mijn moeder zei altijd: “ de ouderdom komt met gebreken”….. Enfin, zo’n klaagbalk ben ik niet, maar helemaal ongelijk had ze ook niet. Gelukkig voel ik me weer fit!!
Het is lastig opstarten na een lange tijd niet of nauwelijks gevist te hebben. Voor mij althans. Ik heb er behoorlijk wat werk aan gehad om al het materiaal weer in het gareel te krijgen. Mijn eerste echte visdag stond op stapel en ik heb er enorm naar uitgekeken. Ik had het plan opgevat om een dag in de Ardennen te gaan trotten. Eens kijken of ik dat nog kan. Meteen ook een goede test voor de schouder, want geloof me….een dagje in het water staan met de hengel in je hand is behoorlijk belastend voor je schouders.
Sinds kort ben ik in het bezit van een nieuw juweeltje. Een heuse Kingpin Centerpin, de Imperial 575. Een mooi groot wiel dat ideaal is voor de dobbervisserij. Deze gaat vandaag voor het eerst mee naar de waterkant. Ik ga vissen met een 13 Ft Fox hengel, de zogenaamde Barbel float, een oudje
puur vakmanschap
. Een beest van een hengel die al heel lang niet meer te koop is, maar die ik echt koester. Superstrak, lekker licht en in staat om menig barbeel te temmen. Ik monteer alvast alles thuis. Een 3 grams dobber (rohacell) gemonteerd aan een 30/00 bovenlijn en een fluorocarbon onderlijn van 22/00 met een klein haakje. Een schuifloodje van dik 2 gram, een nummer 1 loodje op een centimeter of 15 van de haak en nog een BB halverwege…net boven de onderlijn. Twee liter schone en kurkdroge maden, een litertje gekiemde hennep en ik ben klaar om te gaan.
Het water in de Ardennen staat momenteel erg laag. Veel te laag natuurlijk. Maar de watertemperatuur is prima. Geen reden om niet te gaan. Mijn beoogde stek is vrij als ik arriveer. Ik neem de tijd om alles goed voor te bereiden en voer eerst de stek goed aan. Van tevoren heb ik wel de hele stek even goed gepeild. Er staat ongeveer een metertje water. Glashelder water. Volgens mij heb ik er wel een half uur over gedaan om constant een beetje maden en hennep op de stek te schieten. Ik ken deze strook als mijn broekzak. In het verleden stond deze plek altijd garant voor mooie vissen. Ik zie dat er veel kleine vis rondzwemt. Voor me ligt een grote lichtkleurige kei onder water waar constant kleine vis overheen zwemt. Allemaal maatje aasvis. Schitterend om te zien dat er zoveel leven onder water is. Ik ben hier jaren niet meer geweest. Vroeger ving je hier ook wel eens kleine vis, maar zoveel als nu heb ik hier nog nooit zien rondzwemmen.
Na een eerste bakje koffie neem ik stelling in het water. Ik draag een waadpak en ga tot aan mijn knieën in het water staan. Bij de eerste inworp schiet de dobber al onder water. Vis! Weliswaar een kleintje, maar wel leuk. Een schitterend kopvoorntje heeft zich vergist. De tweede inworp weer beet. Bij de derde ook. Enfin, dat gaat zo zeker een uur door. Ik vang tijdens elke drift een visje. Stuk voor stuk te gek om te vangen, maar op enig moment word je dat beu. Ik spreek voor mezelf. Van gestippelde alvers tot aan beekforel, van grondel tot kopvoorn, ze komen allemaal in groten getale voorbij, maar ik kom er niet doorheen. Mijn aas bereikt de rivierbodem op geen enkel moment. Ik heb helaas geen alternatief aas bij zoals een pellet of iets anders wat iets meer body heeft. Een stuk luncheonmeat bijvoorbeeld. Ik hou het een dik uur vol, maar besluit dan op deze plek de spreekwoordelijke handdoek in de ring te gooien. Dit is niet waar ik voor kom. Verkassen dus.
veel klein spul
Een half uur later sta ik op een heel andere plek en ook aan een andere rivier. Ik ga het nu proberen op de Ourthe. Ook hier staat erg weinig water en je zult een strook moeten vinden waar je stroming aantreft en een beetje diepte vindt. Die weet ik wel te vinden. Het is ondieper dan op de vorige stek, maar ik start op exact dezelfde manier. Eerst hennep en maden voeren, op het gemakje. Als ik een kwartiertje later start met vissen voelt dat direct goed aan. Een mooie strakke drift, precies door het midden van de rivier. Hier zou het wel eens kunnen gaan lukken. Na een paar driften maak ik al contact met een barbeel. Ik krijg een aanbeet die ik tot in de hengeltop voel, alsof ik uit het handje op zink aan het vissen was. Jemig…. Wat hard. Reageren was niet mogelijk. Hier bleef het bij. Ik krijg een smile op mijn gezicht die even aanhoudt. Dit was er een. Dat is erg snel. Dat geeft de burger moed.
Een half uur later krijg ik een aanbeet waar ik wel op kan reageren. Mijn dobber wordt fraai opzij onder water getrokken. Ik zet de haak zoals het hoort. Geen bochten in de lijn, ik heb directe verbinding en reageer daardoor erg snel. Ik kan me voorstellen dat niet iedereen het ratelgeluid van de Kingpin kent, maar geloof me, dat geluid gaat door merg en been. Dat klinkt zo lekker als er een goeie vis aan hangt. Ik word getrakteerd op een fantastische dril. Bij de dobber visserij zijn die drils totaal anders dan met een zinkhengel. Het is een lastigere en veel bewerkelijkere visserij dan de statische visserij uit de hengelsteun, maar de beloning is wel erg fijn. Man, wat is dit lang geleden. Deze vis doet ontzettend zijn best om mij hernieuwd te besmetten met het visvirus en dat lukt volgens mij erg goed. Wat een heerlijke dril. De twee mannen die iets verder aan de overkant op barbeel zitten te vissen steken hun duim omhoog. Leuk!
de eerste van hopelijk velen dit jaar.
Op de mat blijkt de barbeel niet eens zo groot te zijn, maar dat mag de pret niet drukken. Als een kind zo blij ben ik met deze eerste barbeel van het seizoen…sterker nog, ik denk wel de eerste barbeel van dit jaar. Even een berichtje naar mattie Janssen. Hij is op afstand net zo blij voor me. Nadat ik de vis weer terugzet, voer ik eerst weer een paar goede handjes hennep. Een paar maden over de stek en we gaan er weer tegenaan. Het duurt geen half uur of ik haak er weer een. Van hetzelfde laken een pak. Wat zijn die beesten sterk. Het gevecht vindt bij deze vis echt plaats op de vierkante meter en dat vind ik normaliter niks. Liever heb ik dat ie van de stek afzwemt. Maar je hebt het niet altijd voor het zeggen. Zo ook nu. En het wordt nog erger, want opeens schiet de haak los en vliegt de montage me om de oren. Gelost op de stek. Dat is meestal geen goed nieuws voor de andere aanwezige vissen. Dan raken ze heel vaak verschrikt en verdwijnen ze. In elk geval, ze bijten niet meer…… zo ook nu. Ik vis nog drie uur stoïcijns door, maar krijg geen enkele aanbeet meer. Het vissen voelt wel heerlijk. Ik geniet er enorm van. Rond 14 uur is het zo warm aan het worden dat ik besluit ermee te kappen. Ik vis niet graag in warm weer.
Mijn eerste dag is prima verlopen, dik tevreden rijd ik weer naar huis. Volgende week kom ik nog eens terug.
Tot de volgende keer
Leon Haenen